Overslaan en naar de inhoud gaan

Halage funiculaire

De tunnel van Mont de Billy in het kanaal van de Aisne naar de Marne kreeg in 1896 een halage funiculaire, een mechanisme waar schepen mee door de tunnel werden getrokken. Het systeem van Maurice Lévy, inspecteur general, werd uiteindelijk het systeem in deze tunnel.

Het systeem bestond uit een draadkabel die over de hele lengte van de tunnel, 2300 meter, heen en weer bewogen kon worden door grote loop en aandrijfwielen aan de Marnekant van de tunnel. Schepen konden aan deze draad hun sleepdraad koppelen, en zo met de draad door de tunnel getrokken worden.

De draad was 5291 meter lang, 3 centimeter in diameter, en liep over een afstand van 2620 meter door de tunnel heen. Aan de Aisne kant was 160 meter vanaf de tunnelingang het systeem gebouwd. En de andere kant kwam het systeem tot 140 meter voorbij de uitgang, waar het op een retourwiel liep.


Voor het slepen van schepen door de tunnel werd 0,02 Franse frank per ton gerekend. Ledige schepen konden gratis mee, maar moesten achter de geladen schepen in de sleep. De werkzaamheden voor het systeem begon in juni 1894 en was klaar in juni 1895. Vanaf 1 mei 1896 was het systeem in gebruik genomen. Het was verplicht om het systeem te gebruiken, slechts boten met stoommachines kregen en vergunning om op eigen kracht door de tunnel te varen. Andere manieren van slepen, zoals met de hand of paard, werd verboden.


Het aandrijfwiel en zijn begeleidende wiel waren 2 meter in doorsnede, en stonden op een verrijdbare kar. Om de draad in de tunnel op spanning te houden werd deze 2 wielen op de kar verbonden aan een contragewicht van 10 ton, en kon 6 meter verplaatst worden.

Het systeem heeft gewerkt tot aan de komst van de elektrische treintjes die de schepen door de tunnel gingen trekken vanaf 1933.